Epirus
Door: Pat
26 September 2011 | Griekenland, Kalampáka
Waarschijnlijk dankzij het winderige boottochtje sta ik vandaag op met een knallende hoofdpijn. Ik word er niet sneller van. De gezellige Duitse buren zijn gelukkig al rap vertrokken.
Het is een magnifieke plek. De mooie oude bomen en daar tussendoor de pasteltinten van het meer van Kastoria en doodse stilte. Af en toe komt er een jogger voorbij. Een vogel staat in het water zijn vleugels te drogen. Zodra we klaar zijn met onze dagelijkse beslommeringen vervolgen we de eenrichtingsweg die langs het meer en om de heuvel loopt op het schiereiland. Aan weerszijden bomen waardoor de weg zo nu en dan smal wordt. De navigatie jaagt ons door de nauwe en steile straten van Kastoria op weg naar de geprogrammeerde parkeerplaats. Als het ons te gortig wordt, besluiten we te parkeren bij Lidl en vandaaruit naar het centrum te lopen. We zoeken naar de oude herenhuizen die volgens de gids in het zuidoosten van de stad moeten staan. Die vinden we niet, maar uiteindelijk wel het centrum van de stad. We vinden er een kleine Griekse prins, een gedetailleerde wegenkaart van Chalkidiki en we trakteren onszelf op een lekker broodje. We volgen de route uit de WOMO-gids en nemen de kleine weg via Nestorio en N. Kotyli richting Konitsa. De weg is prima, maar we hebben wel moeite om door Nestorio te komen. Het is griezelig smal en de bewegwijzering onduidelijk. Dicht beboste hellingen worden afgewisseld door mergelheuvels. Bij Drosopigi bekijken we een oude brug over de rivier Sarantaporos. Volgens de instructies in de gids nemen we de afslag richting Agia Paraskevi en vinden zo een prachtige plek aan de rivier en aan de rand van het Pindosgebergte om te overnachten (N40°08’45,7”-O20°48’43,8”). Naar mijn smaak wat eenzaam, maar gelukkig hebben we wel telefoonontvangst.
Vrijdag 16 september
Een heerlijke plek om wakker te worden. De tintelende frisheid van de ochtend en het voortdurende geraas van de rivier. De plek helemaal voor ons alleen. We kunnen ons er moeilijk van losmaken.
Pas om 11:00u rijden we de E90 op. De oude boogbrug van Konitsa is ons eerste doel. De camper kunnen we goed kwijt op de parkeerplaats (40°02’10”-20°44’41,7”). We dalen af naar de rivierbedding vanwaar we een mooi uitzicht hebben op de bijzondere brug uit 1850. De stand van de zon maakt het ons moeilijk foto's te nemen. We lopen over de brug en beginnen aan de wandeltocht door de kloof van de rivier de Aoos naar het klooster Moni Stomiou (1774). Volgens de WOMO-gids te doen in een goed uur. Meneer Schulz moet de conditie van een topsporter hebben of wij zijn watjes, want wij doen er twee uur over. Het klooster stelt teleur. Er liggen bouwmaterialen en er staat een bulldozer. Ook hier doet de moderne tijd zijn intrede. De monniken zijn met een onduidelijke bouw bezig. We horen ze op afstand. De binnenplaats is verlaten en we voelen ons wat ongemakkelijk. De omgeving en het uitzicht erop is geweldig en dat maakt de tocht de moeite waard. De terugweg gaat iets sneller, maar toch zijn we laat bij de camper terug. We besluiten hier te overnachten. Er komt in de vroege avond heel wat aanloop. Kinderen en volwassenen die in de rivier komen zwemmen of kanoën, maar ook Grieken die op een bankje in de schaduw van het uitzicht genieten. Tijdens de wandeltocht hebben we opgemerkt dat de waterleiding van Konitsa langs de route loopt. Kennelijk komt hij hier de stad binnen. Krakkemikkige en verkreukelde pick-ups met grote watertanks in de laadbak komen op de avond meermalen de tank vullen. Tegen de muur staan pallets waar de bestuurder bovenop klimt om bij de kraan te kunnen. Een aansluitstuk met slang bij zich. Komisch is te zien hoe een Griek keer op keer te laat bij de kraan is om hem uit te zetten en het water aan alle kanten uit de auto spuit.
Zaterdag 17 september 2011
’s Morgens wordt Jan begroet door de zwerfhond die in het struikgewas heeft liggen slapen en het koekje van gisteravond blijkbaar nog niet vergeten is. Vandaag gunnen we onze nog na trillende beenspieren rust en houden we een rijtour langs de oude boogbruggen van Zagoria, een streek in het noordelijk deel van het Pindosgebergte. Vòòr Metamorfosi verlaten we de E90 en gaan we het binnenland in richting Kipi. Al snel stoppen we bij het informatiecentrum voor de streek. Een jongedame, zelf afkomstig uit Zagoria, houdt in uitstekend Engels een warm betoog. Drie jaar geleden was er in het hoogseizoen geen plaatsje vrij in de hotels, maar sinds de economische crisis blijven de toeristen weg. In augustus 2008 had ze nog 1.200 bezoekers, dit jaar haalde ze de 300 nog niet. De Zagorische dorpen zijn beschermd erfgoed. De grote herenhuizen van grijs natuursteen zijn gebouwd met geld dat door de mannen in het buitenland werd verdiend, terwijl vrouwen en kinderen hier achterbleven. Ter illustratie laat de vrouw een fotoboek zien met Zagoriers die overal ter wereld succesvolle ondernemers bleken te zijn. Later lees ik dat het de streek lukte om tijdens de Turkse bezetting autonoom te blijven, belastingvoordeel kreeg voor bewezen diensten en rijk werd door de handel met de Turken. Van allebei zal wel wat waar zijn. De jongedame geeft ons nog handige kaarten mee en uitstekend advies. Onze tocht van gisteren staat ook in het materiaal beschreven. Tot onze genoegdoening wordt voor het 12km. lange traject met een hoogteverschil van 400m. vier uur uitgetrokken!
We vervolgen onze weg naar Kipi en zien verschillende mooie bruggen. Voor de een moeten we meer moeite doen dan voor de ander. Het meest onder de indruk zijn we van de brug van Kokkorou (1750 ) en van Kalogeriko (1814).
Volgens de jongedame van het infocentrum zou bij restaurant Michalis in Kipi een Nederlandstalig boekje over de streek te koop zijn. Helaas blijkt het uitverkocht. We drinken dan maar iets op het terras. De uitbater duidt ons een plek waar we kunnen overnachten en dat blijkt bij de brug van Milos uit 1748 (N39°51’42”-O20°47’42”). ’s Avonds eten we bij het sfeervolle restaurant. Als nagerecht kiezen we twee traditionele Griekse gerechten. De baklava en kadaifi zijn bijzonder zoet, maar wel lekker voor een keer. De huiswijn kunnen we ditmaal zeer waarderen.
Zondag 18 september 2011
Toen we opstonden was het 12° in de camper en 4° erbuiten, een enorm verschil met de 35 ° die we overdag steeds hebben. We houden een rustdag. Af en toe komt er een Griekse auto langs, blijkbaar op weg naar groentetuintjes die verderop liggen. Jan fabriceert een buitendouche. De zon verwarmt het water in de gieter en een waterpompje stuwt het omhoog door een stukje tuinslang waaraan onze douchekop is bevestigd. Het werkt prima. We sparen onze gastank, die zich hier niet laat vullen en we hoeven de doucheruimte niet droog te maken. Ik was de korte broeken die erg vervuild leken, maar ze blijken verschoten te zijn door de zon. Tot onze verrassing komt een Griek te paard over de oude brug rijden, gevolgd door nog twee paarden en een hond.
Aan het eind van de middag bestellen we op het zelfde terras in het dorp een karafje wijn met zwarte olijven en brood.
Maandag 19 september 2011
Tijd voor wat spektakel. Vandaag gaan we naar uitzichtpunten van waaruit ons een blik gegund wordt in de Vikoskloof. Vanuit Vradeto loopt een pad naar Beloi, waar volgens de Grieken zelf het mooiste punt is. Vradeto bestaat uit enkele huizen, een kerk en een hotel in de traditionele bouwstijl van de streek. Tot voor kort was het dorp slechts via trappen te bereiken vanuit het lagergelegen dorp Kapessovo. Vanwege de strenge weersomstandigheden trekken de inwoners in de winter naar de stad. Jarenlang bleef alleen een oude vrouw van in de tachtig achter. Ze weigerde het dorp te verlaten.
Dit dorp is het beginpunt van onze wandeling. De camper laten we achter bij het hotel. Een prachtig wandeling en het uitzicht op de kloof is adembenemend! Bij terugkomst lopen we door de steile straatjes van het dorp en uit nieuwsgierigheid naar het begin van de trappen. We lunchen bij het hotel en bestellen o.a. een specialiteit van de streek: gebakken harde kaas. De man op het terras komt uit Albanië, de serveerster uit Bulgarije. Een gemêleerd gezelschap.
Het volgende uitzichtpunt is bij Oxio, over de weg te bereiken vanuit Monodendri, een welvarend dorp dat aan het begin ligt van veel wandelroutes naar de kloof en de omgeving. Vanaf het einde van de weg is het een kleine wandeling naar het balkon. Het geeft ons een uitzicht op de kloof vanuit een andere hoek en over een smal pad kunnen we er een stukje langs lopen. Er valt wat zonlicht in de kloof. We zijn er stil van. Op weg naar de auto word ik aangesproken door een Duitse vrouw. Ze vraagt waar wij gaan overnachten. Op een weide langs de weg, is ons plan. We willen morgenochtend nog een keer naar deze plek om de kloof in een ander licht te zien. De overnachtingsplek is afgelegen en eenzaam, maar als later de Duitsers zich bij ons aansluiten, voelen we ons allemaal safe genoeg (N39°53’49,6”-O20°44’25,3”). Het heeft al een poosje gedreigd, maar nu begint het ook echt te regenen.
Dinsdag 20 september 2011
Het heeft de hele nacht gehoosd. Als we wakker worden en het rolgordijn omhoog doen, lijkt het alsof we midden in de Loosdrechtse plassen geparkeerd staan. De Duitsers hebben zichzelf al in veiligheid gebracht en staan op een hoger gedeelte. Tot onze verbazing rijden ze weg, zonder zich te bekommeren of wij er wel uit kunnen komen. We hebben geen rust meer. Eerst weg van deze plek. Binnen een kwartier zijn we rijvaardig. Met het antislip systeem ingeschakeld en voorzichtig manoeuvreren, bereiken we tot onze opluchting de asfaltweg. Op een parkeerhaven in Monodendri ontbijten we en bespreken ons plan voor vandaag. Het regent nog steeds af en toe. In regenkleding en gewapend met een paraplu lopen we via het charmante centrum van het plaatsje in een kwartier naar het klooster Agia Paraskevi. Ook hier een spectaculair zicht op de kloof. Achter het klooster kun je via een trap naar een smal pad langs de rotswand met onder je het ravijn. In de WOMO-gids het “Siddderpad” genoemd. We kunnen het niet laten het pad een stukje te lopen. Tijdens de wandeling houden we het droog, maar terug bij de camper begint het weer te regenen. Veel warmer dan 16° wordt het vandaag niet.
Via Aristi rijden we naar het bergdorp Papingko. Al van verre zie je de weg naar het dorp zigzaggen langs de bergwand. Hoe hoger we komen, des te minder zicht er is. Bij het begin van dorp parkeren we op een grote parkeerplaats (N39°58’8,2”-O20°43’43,4”). In de stromende regen lopen we nog een rondje door het uitgestorven dorp. Door de mist zien we weinig van de omgeving.Tot onze verbijstering vinden we juist op deze plek een supersnelle, onbeveiligde internetverbinding.
Woensdag 21 september 2011
We hebben mazzel. De zon staat te schitteren in een strakblauwe lucht. Eindelijk kunnen we zien waar we gister zijn terechtgekomen. In de mist konden we niet eens de huizen naast de parkeerplaats zien. We gaan op weg naar Mikro Papingko om een goed zicht op de Pyrgoi te hebben. In het dal hangt nog wat lage bewolking. De in de WOMO-gids geroemde badderplaats die we passeren, is inderdaad heel mooi. Het gelaagde gesteente, dat we in deze streek veel zien, komt mooi tot zijn recht en weerspiegelt in het groene water. Van hieruit hebben we ook een prachtig uitzicht op de vier fiere bergtoppen van de Pyrgoi, die als torens op een rij staan. Helaas staat de zon er pal achter. Het dorp kunnen we van hier uit zien en we verwachten niet dat het licht daar beter zal zijn. We besluiten om te draaien en rijden de spectaculaire weg in tegengestelde richting, stoppend bij elk uitzichtpunt. Het dorp Aristi zien we aan de overzijde liggen. De ene berg dalen we zigzaggend af, rijden weer over de smalle brug en klimmen weer omhoog naar Aristi, waar ons nog een onmogelijke bocht naar links te wachten staat. We lossen het op door rechtsaf te gaan, daar op de brede weg te draaien en vervolgens de helling van zeker 30% te lijf te gaan. Bij Kalpaki komen we weer op de E90 naar Ioannina.
We doen inkopen bij Lidl en zoeken bij Carrefour een lampje voor de zaklantaarn dat het tijdens een val van het aanrecht begeven heeft. We rijden rond het Pamvotismeer waaraan Ioannina gelegen is op zoek naar een plaats voor de nacht. De ene plek is nog mooier dan de ander, maar allemaal zijn ze stil en afgelegen. Geen camper te zien, waar we ons bij kunnen aansluiten. Uiteindelijk komen we terecht op een grote rustige parkeerplaats middenin de stad met uitzicht op het meer (N39°39’51”-O20°51’35”). Het lijkt ons een prima uitgangspunt om morgenochtend de stad te bekijken.
Donderdag 22 september 2011, verjaardag van Lucie
Over de promenade langs het meer lopen we in luttele minuten naar het oude ommuurde gedeelte van Ioannina, een dorpje op zich. In de binnenvesting bezoeken we de Fethiye moskee uit 1795, het Byzantijns museum met een mooie collectie iconen en voorwerpen uit de streek en een apart gebouwtje waarin kostbare voorwerpen zijn uitgestald. Minuscuul houtsnijwerk gevat in zilver, zilveren voorwerpen, sieraden en munten. We volgen de dikke muur en komen bij de hooggelegen moskee van Aslan Pasha uit 1618, die in een slechte staat verkeert. We zijn benieuwd naar het interieur, maar helaas is de deur op slot. De westelijke poort in de stadsmuur leidt ons naar een straat met allemaal restaurantjes. Op een gezellig terras, goed bezet met Grieken, trakteren we onszelf op een heerlijke lunch met lamsbout, gyros, een Griekse salade en een karafje witte wijn. Aan het eind van de middag komen we voldaan terug bij de camper waar we besluiten hier te overnachten en pas morgen verder naar het oosten te trekken.
-
26 September 2011 - 13:36
Antje:
Het was weer een prachtig verslag van jullie belevenissen. En ook al die foto's erbij. In een woord : Schitterend! Doe maar kalm aan, want met al dat gesteente lijkt het mij dat het af en toe wel erg uitkijken is.Heel veel liefs van Antje.Ajuus. -
26 September 2011 - 18:33
Atta:
Kus, Atta -
27 September 2011 - 09:22
Marian & Jos:
mooie verslagen en foto's, wij genieten met jullie mee.
postbus leeg gehaald bij jullie verder alles goed -
28 September 2011 - 05:40
Atta:
Wat fijn dat jij overal prinsen tegenkomt!
Kus,Atta
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley